afb. Kris Roderburg, 2008

493. Gisbertus Masius, 1614

figuur en bidstoel: Avesnessteen
tombe: wit, zwart geaderd, rood geaderd en zwart marmer, Doornikse steen
doodskopje: albast
locatie: kooromgang

De handen van de bisschopsfiguur zijn vernieuwd. Het kruis op de bidstoel is niet oorspronkelijk. Er zijn nog enkele sporen te ontwaren van een gedeeltelijke polychrome versiering. De figuur van de bisschop en de vormgeving van de bidstoel lijken op verschillende plaatsen te zijn ‘bijgeboetseerd’, met als gevolg het verlies van scherpe vormen en grove overgangen. Bovendien is het oppervlak overstreken met een grijze, sausachtige laag. Deze laag maakt het moeilijk de steensoort van het beeld met zekerheid te bepalen, toch zal het eerder om Avesnessteen gaan dan om Caensteen zoals wel eens wordt gezegd. Dit geldt niet voor de gedeelten met de in laag reliëf weergegeven voorstellingen op de aurifrisia en op de koorkap. Het lijkt erop dat het monument zich vóór de verplaatsing van koor naar zijbeuk in een nogal deplorabele toestand bevond en dat het toen op een nogal onprofessionele manier is ‘bijgewerkt’.
Het betreft een vrijstaand grafmonument dat als wandmonument is opgevat. We zien een geprofileerde basis en daarop een rechthoekig onderstuk met aan de voorzijde een inscriptieplaat tussen twee kussenstukken, dat aan de bovenzijde wordt afgesloten door een convexe rand. Hierop rust het als tombe weergegeven bovenstuk dat aan de bovenzijde eveneens wordt afgesloten door een convexe rand. In het midden aan de voorzijde is een rechthoekige plaat aangebracht, meer hoog dan breed, waarop aan de bovenzijde een doodshoofd tussen twee lauwertakken is weergegeven boven een doodsbeen. Hieronder is plaats voor de extra spreuk van drie woorden.
Op dit alles bevindt zich de grote figuur van de bisschop, geknield op een kussen voor een bidstoel. Zijn handen houdt hij in een biddende positie voor zich. Van de kleding van de bisschop zien we vooral de koormantel met brede aurifrisia en een koorkap. Daaronder draagt hij de albe, stola en amict. Hij is blootshoofds. Op de aurifrisia van de koormantel zijn in reliëf figuren aangebracht onder een baldakijntje, apostelen voorstellend. Het rugschild van de koorkap is versierd met een voorstelling in reliëf van een tronende Maria met Kind onder een tentvormige hemel waarvan de neerhangende draperieën worden opgehouden door engelen. Op de nu zichtbare zijkant van de bidstoel, die aan de boven- en onderkant wordt afgesloten door twee voluten, is aan de bovenzijde nog een vruchtguirlande aangebracht. Op de zijde van de bidstoel die nu naar de muur is gekeerd, bevindt zich onder een vergelijkbare vruchtguirlande het wapen van de bisschop.
Volgens een tekening van Saenredam uit 1632 hield de bisschop oorspronkelijk tussen zijn handen, gestoken in handschoenen, een kromstaf en was tussen hem en de bidstoel op de grond een mijter weergegeven. De handschoenen en de voering van de koormantel hadden een blauwe kleur. De randen van de aurifrisia, de kromstaf en de versieringsranden van de mijter waren geelkleurig. Het gelaat van de bisschop bezat een incarnaat-kleur. Ook het wapen was gekleurd, geel en blauw.
Het monument wordt op overtuigende gronden toegeschreven aan de Antwerpse beeldhouwer Hans van Mildert, die ook het nu verdwenen barokke hoogaltaar vervaardigde. Ook de datum van vervaardiging kan met grote zekerheid worden gesteld op 1618/1619. Het enige vrijstaande, bisschoppelijke grafmonument in de Sint-Jan ziet er tegenwoordig kaal en onooglijk uit en bevindt zich op een wel erg onopvallende plaats. Oorspronkelijk moet het monument een veel grotere uitstraling hebben gehad.
De grafzerken van de Sint-Jan te 's-Hertogenbosch IV (2010) 387
Laarhoven

Grafmonument van Bisschop Masius

48
50
Literatuur
P.T.A. Swillens, P.J. Seanreda, Amsterdam 1935 (nr. 45). Catalogue Raisonné van de werken van P.J. Saenredam, tentoonstelling Centr. Museum Utrecht) Utrecht 1961 (nr. 97)..
Jan van Laarhoven, Zingende kathedraal (1974) 48, 50
Smits (325)
omnia mors aequat.
gisbertus masius,
iv sylvaeducensium episcopus,
quem bommelia mundo protulit,
ducis-sylva infula excepit,
mors virtutibus annisque auctum
intercepit.
quid hic triumphas germana soror?
ille tiri reddidit quod debuit,
et quod non debuit
in patriam transtulit,
obiit 11 julii anno m.d.c.xiv.



Het op de vorige bladzijde afgebeeld grafmonument van Gijsbertus Masius, 4n bisschop van 's Hertogenbosch vóór het innemen dezer stad in 1629, heeft veel van zijn oorspronkelijken luister verloren. In het eerste kwart der negentiende eeuw bevond het zich nog boven het graf van dien bisschop, ter rechterzijde in het Choor, op de plaats van den huidigen bisschopstroon. Na 1629 heeft men diens op ware grootte uitgevoerd beeld, dat een deel van dit monument uitmaakt, van zijne polychromie, zijn staf, mijter en baard ontdaan. Bij de verwijdering van deze praaltombe uit het Choor gaf men het eene plaats aan de deur der gerfkamer, waar het zich heden nog bevindt. Meer lettend op den oorspronkelijken dan op den verminkten toestand, heb ik vorenstaande teekening van het monument vervaardigd.
Vergelijk over bisschop Masius en zijn grafschrift: J.A. Coppens a. v. I, 234-244, II, 97, 105, 141, 151; L.H.C. Schutjes a. v. II, bl. 113-118, IV, bl. 271. Taxandria, 10en Jaargang, bl. 57. J. Le Roy. Le grand théatre Sacré du duché de Brabant. Tome II, 2e Partie, page 18, waar echter 't bisschoppelijke wapen onjuist is afgedrukt.
Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek van Dr. P.C. Molhuysen en Dr. P.J. Blok, Leiden, 1911, 1e Deel, bl. 313-314 „Masius” door dr. X. Smits.
C.F.X. Smits, De grafzerken in de kathedrale Sint Janskerk van 's-Hertogenbosch ('s-Hertogenbosch 1912) 323-324
Artikelen
1948

Elisabeth Neurenburg

VI. De Jongeren naast Hendrick de Keyser, Francesco Dieussart
De zeventiende eeuwsche beeldhoukunst in de noordelijke Nederlanden (1948) 99-100
 
1993

C.J.H.M. Tax, A.C.M. Tax-Koolen

Het grafmonument van Ghisbertus Masius en zijn plaats binnen de evolutie van het (bisschoppelijk) praalgraf in Noordwest-Europa
Trajecta 2 (1993) 113-129
 
2001

C.J.H.M. Tax, A.C.M. Tax-Koolen

Grafmonumenten van de bisschoppen van 's-Hertogenbosch : Het grafmonument van Ghisbertus Masius in de Sint-Janskathedraal
Bisdomblad 36 (2001) 12-13
 
2010

Jan van Oudheusden en Harry Tummers (red.)

493. Gisbertus Masius, 1614
De grafzerken van de Sint-Jan te 's-Hertogenbosch : IV Kooromgang (2010) 387
 
Kunstafbeeldingen

Graf van bisschop Masius, 1632

vervaardiger: Pieter Saenredam (1597-1665)
techniek: gewassen pentekening, 20.6 x 21.4 cm

Noordbrabants Museum, inv. H 55-51.12/2.2

Graf van bisschop Masius, 1646

vervaardiger: Pieter Saenredam (1597-1665)
techniek: olieverf op paneel, 128.8 x 87.0 cm

Het koor van de Sint-Janskerk te 's-Hertogenbosch met het altaarstuk 'De aanbidding door herders' uit het Clarissenklooster. Links de graftombe van bisschop Masius.
Wahington D.C., National Gallery of Art, Samuel H. Kress Collection

Monument bisschop Ghisbertus Masius, z.j.

vervaardiger: Hendrik de Laat (1900-1980)
techniek: tekening, 19.5 x 25.2 cm

Tegen de oostwand van de buitenste zuidelijke koorzijbeuk. Het grafmonument is vermoedelijk voor 11 juli 1614 (zijn sterfdag) vervaardigd van Caensteen.
Stadsarchief (0052350)
Afbeeldingen
  • mei 1910
  • mei 1910
  • -
  • 1948
  • 1951
  • 2008
  • 2008
Literatuur en bronnenpublicaties

J.H. van Heurn, Beschrijving der Stad 's-Hertogenbosch (2022) 137-138

Jan van Laarhoven, Zingende kathedraal (1974) 48

Léon van Liebergen en Wouter Prins, Deftige Devotie (2003) 31 (afb. 6), 32 (afb. 7), 33

C. Peeters, De kathedrale basiliek van St. Jan te 's-Hertogenbosch (1973) 45

C.F.X. Smits, De grafzerken in de kathedrale Sint Janskerk van 's-Hertogenbosch (1912) 323-324

Frans van Valderen, De kathedrale basiliek van St. Jan te 's Hertogenbosch (1949) 90

n: vermelding in een voetnoot